Nieuws - 18 juni 2020

Analyse van regionale plannen Sterk Techniekonderwijs

Goed nieuws voor Sterk techniekonderwijs: recent hebben nog 7 regio’s goedkeuring gekregen voor hun (bijgestelde) regioplan. Hiermee komt het totale aantal regio’s dat uitvoering geeft aan de regeling Sterk Techniekonderwijs op 77. Alle goedgekeurde regio’s zijn te vinden op de digitale landkaart op de website van Sterk Techniekonderwijs. Een groot aantal regio’s heeft hier inmiddels ook een eigen regiopagina gevuld met meer informatie over hun plan.

Evaluatie en monitoring
Als onderdeel van de regeling Sterk Techniekonderwijs monitort – in opdracht van NRO – een consortium van onderzoekers de transitie naar Sterk Techniekonderwijs. De monitoring is gestart met een achtergrondschets en een analyse van alle regioplannen. De analyse geeft een eerste beeld van de activiteiten die de komende jaren zullen plaatsvinden.

Volgens de onderzoekers omvatten de meeste plannen een omvangrijke en ambitieuze reeks activiteiten. Daarbij vertonen de geformuleerde/gekozen activiteiten in alle plannen veel overeenkomsten. Een groot deel van de activiteiten is gericht op het bevorderen van de instroom in techniekopleidingen en de plannen ademen de verwachting dat dat gaat lukken, onverlet de krimp in leerlingenaantallen die er vaak is in regio’s. Daarnaast zijn er veel activiteiten gericht op het verbeteren van de kwaliteit en actualiteit van het techniekonderwijs. Dat gebeurt door investeringen in materialen en apparatuur, in meer praktijk in het onderwijs, in inhoudelijke vernieuwing en doorlopende leerlijnen po-vmbo-mbo en in professionalisering van docenten.

Invloed ouders op profielkeuze
Om de plannen van de regio’s te ondersteunen heeft SEOR (Erasmus School of Economics) in opdracht van Sterk Techniekonderwijs een onderzoek uitgevoerd naar de mate van invloed van ouders op de profielkeuze. Uit de online enquête onder 925 ouders van vmbo-leerlingen, blijkt dat ouders wel degelijk veel invloed hebben, maar dat zelf onderschatten of zich daar niet bewust van zijn. Bij twijfelende kinderen is de invloed van de ouders groter. Uit het onderzoek blijkt dat techniek en technische beroepen een redelijk positief imago bij ouders van vmbo-leerlingen hebben. Wel noemen ouders vooral de ‘traditionele’ beroepen en aspecten van de sector als hen gevraagd wordt naar hun eerste gedachten. Een meerderheid van de ouders meent ook dat je aanleg moet hebben voor techniek. De moeilijkheidsgraad van de techniekprofielen schatten ouders hoger in dan Zorg en Welzijn of Landbouw. Economie wordt als het moeilijkst gezien.

De onderzoekers zien een aantal aanknopingspunten om de beeldvorming van techniekprofielen bij ouders te verbeteren. Alle scholen (met of zonder techniekprofielen) zouden de mogelijkheden van technische keuzevakken beter onder de aandacht moeten brengen. Er zou meer focus in de voorlichting moeten zijn op het feit dat technische vaardigheden kunnen worden aangeleerd, en geen kwestie van aanleg zijn. Onderdeel hiervan kan zijn om ouders praktijkervaringen op te laten doen, om zo hun beeld van de technische sector te verruimen. Daarnaast wordt aangegeven dat binnen de LOB-activiteiten een-op-een gesprekken en thuisopdrachten een bijdrage kunnen leveren aan een laagdrempelige informatievoorziening voor ouders.

Deel dit artikel